Revolutionaire Anti-Racistische Actie

De Revolutionaire Anti-Racistische Actie (RaRa) is een Nederlandse terreurgroep, wier daden door de BVD als 'politiek gewelddadig activisme' werden omschreven. Hoewel veel materiële schade werd veroorzaakt zijn er nooit gewonden en doden gevallen bij acties toegeschreven aan RaRa.

De eerste aanslag die door RaRa werd opgeëist, was een bomaanslag in 1984 bij het van Heutsz-monument in Amsterdam. Vanaf 1985 pleegde RaRa terroristische aanslagen op Makro-vestigingen. De eigenaar van Makro, de Steenkolen Handelsvereniging (SHV) van Paul Fentener van Vlissingen was actief in Zuid-Afrika en de RaRa - fel tegen het apartheidsregime - eiste dat SHV zich daar zou terugtrekken. De eerste aanslag werd gepleegd op 17 september 1985 op het filiaal in Amsterdam (Duivendrecht) dat geheel uitbrandde. In totaal werden er vijf aanslagen op Makro's gepleegd. Nadat op 19 januari 1987 de Makro in Nuth in vlammen was opgegaan, heeft SHV besloten zich terug te trekken uit Zuid-Afrika.

Op 6 November 1985 werden bij de ambtswoning van de Amsterdamse burgemeester Ed van Thijn twee bommen onschadelijk gemaakt die door RaRa zouden zijn geplaatst. ^[1]

In het begin van de jaren negentig voerde RaRa actie tegen het Nederlandse asielbeleid. ^[2] De actiegroep heeft onder andere op 18 maart 1990 bomaanslagen gepleegd op Marechaussee-kazernes in Oldenzaal en Arnhem, op 12 november 1991 een aanslag op het woonhuis van toenmalig staatssecretaris van Justitie Aad Kosto, op 25 maart 1990 en 12 november 1991 op het gebouw van het Ministerie van Justitie en op 30 juni 1993 op het gebouw van het Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid. Zeker is de verantwoordelijkheid van RaRa bij de aanslag op het huis van Kosto echter niet. De verantwoordelijken zijn nooit gearresteerd, en uit later materiaal dat Justitie vond bij Yge Graman, voormalig leider van de Centrum Democraten in Amsterdam, bleek dat hij betrokken was destijds bij het terroriseren van Kosto.

Voor een aantal aanslagen van RaRa uit de jaren '80 werd op 24 augustus 1988 René Roemersma veroordeeld tot vijf jaar cel. Hij werd in hoger beroep op juridisch-technische gronden vrijgesproken: het bewijs zou onrechtmatig verkregen zijn. De RaRa-aanslagen van 1991 en 1993 zijn tot op heden (2006) nooit opgehelderd. De journalisten Hans Krikke en Johan Muter hebben eind jaren negentig een tijdje vastgezeten op verdenking van lidmaatschap van de RaRa. De journalisten hebben uiteindelijk een schadevergoeding van 230.000 gulden ontvangen, omdat het ten laste gelegde niet bewezen kon worden.

In november 2006 werd een aanslag gepleegd op de drukkerij van PCM (o.a. de dagbladen Trouw en Volkskrant), welke via een anoniem e-mailtje aan het ANP werd opgeëist, en waarin de afzender beweerde dit te doen namens RaRa. Het ANP nam deze claim echter niet erg serieus, en later bleek dat dit een valse aangifte betrof.^[3] ^[4]

Tot op heden blijft de achtergrond van RaRa duister. In het boekje "de Klokkenluider" wordt door auteur Tomas Ross de suggestie gewekt dat er andere belangen schuilgingen achter de aanslagen in 1991 en 1993, en trekt hij een vergelijking met de strategie van spanning in België, waarbij de Bende van Nijvel werd gebruikt om de publieke opinie te beinvloeden.^[5]

Ook zou volgens sommige verhalen de BVD de suggestie hebben gewekt dat de dochter van Paul Fentener van Vlissingen betrokken was bij de akties van RaRa.^[6]