Oranjehotel
Het Oranjehotel was de bijnaam van het huis van bewaring in Scheveningen gedurende de Tweede Wereldoorlog.
Van 1919 tot 1940 werd de gevangenis gebruikt voor zogenaamde kleine criminelen en in mei 1940 werden Duitse krijgsgevangenen er opgesloten.
Na de capitulatie van Nederland werd het Scheveningse huis van bewaring door de Duitsers ingericht als strafgevangenis. In eerste instantie werd het gebruikt als verzamelplaats van Joodse Hagenaars die op transport naar Duitsland werden gesteld. Later kwamen veel van verzetsactiviteiten verdachte Nederlanders in deze gevangenis terecht. Toen kreeg ze ook de bijnaam 'Oranjehotel'. In totaal hebben zo'n 28.000 mensen vastgezeten in het Oranjehotel.
Na de oorlog werden er weer veel politieke gevangenen ondergebracht: nu echter van de andere partij. Veel NSB-ers, waaronder Anton Mussert, werden opgesloten in Scheveningen.