Moesson
Zoals bijvoorbeeld West-Europa seizoenen kent, zijn er op de aarde ook tropische gebieden met een droge tijd en een regentijd. De natte tijd wordt moesson genoemd naar het Arabische "mausim" (seizoen). De bekendste moesson is de regentijd in India en omstreken. Tot begin juni is het noorden van India droog, maar dan wordt het vochtiger en komt de regen waarnaar men verlangt. In juni, juli en augustus valt er net zoveel als tijdens een volledig jaar in West-Europese landen. Daarna blijft het droog tot in juni de volgende moesson aanbreekt. In zuidelijk Afrika, Indonesië en op de Antillen valt de regentijd samen met de Europese winter. Moesson, een zeer vochtige zeewind, vormt veel regen boven o.a. Bangladesh. In de zomer stijgt de lucht boven Bangladesh sterk, de lucht wordt gevuld met de zeer vochtige zeelucht, de vochtige zeelucht kan niet verder omdat die wordt tegen gehouden door het Himalaya gebergte. Bangladesh krijgt de volle lading regen.
Inhoud |
[bewerk] Mechanisme
Het mechanisme achter de moesson is simpel. Land warmt in de zon sneller op dan zee, maar koelt ook sneller af. Ook in Nederland en België is het 's zomers in het binnenland warmer dan aan zee. Boven het warme land zal de lucht opstijgen waardoor koelere zeelucht die plaats kan innemen. Vooral op warme voorjaarsdagen is de kust van deze landen gevoelig voor een koele zeewind. Iets dergelijks gebeurt ook boven Azië. Het land wordt 's zomers heet, de lucht stijgt op en een vochtige westenwind met regen waait vanaf de Indische Oceaan richting vasteland. 's Winters is het omgekeerd, dan is het vasteland van China en Rusland koud en waait de wind boven het aangrenzende India uit het oosten. Die wind zorgt dan aan de overzijde van de Indische Oceaan, in Afrika voor veel regen.
Een andere oorzaak voor het ontstaan van moessonregens is het verplaatsen van de lagedrukgebieden boven de evenaar. Tijdens onze zomer (en de zomer van Bangladesh) staat de zon loodrecht boven dit land. De lucht stijgt daardoor extra hard. Tevens wordt het tekort aan lucht in dat lagedrukgebied aangevuld met lucht uit het zuiden en noorden. In het noorden ligt het Himalaya gebergte, dus deze wind is niet sterk. De wind van het zuiden komt over zee en neemt veel vocht met zich mee. Samen met het proces van de stijgende lucht en de gedwongen stijging tegen het Himalaya gebergte, wordt de moesson heviger en heviger.
Ten zuiden van de evenaar spelen zich net zulke processen af, waarbij de opwarming 's zomers en afkoeling 's winters van Australië en Zuid-Amerika van belang zijn. Ook de Antillen en Indonesië kennen daardoor moessontijden. Enerzijds levert de moesson het nodige water voor de landbouw maar anderzijds kan de regen ook verwoestend zijn. Voorspellingen zijn vaak moeilijk: het regent meestal uit buien met grote verschillen. In sommige gebieden hangt de moesson samen met El Niño, een hoge zeetemperatuur bij de evenaar. El Niño is wel goed voorspelbaar en daarmee ook de moessons in Indonesië en Zuid-Amerika. In West-Afrika is de temperatuur van de Atlantische Oceaan een geschikte graadmeter. Indiase en Chinese moessons zijn moeilijk voorspelbaar en zorgen onverwacht voor droogte of overstromingen.
[bewerk] Geschiedenis
In de Oudheid was de moesson al bekend. De Griek Aristobulos die deelnam aan de expeditie van Alexander de Grote naar India bestudeerde al aan het eind van de vierde eeuw voor Christus de klimatologische kenmerken van de moesson in India. In de eerste eeuw na Christus beschrijven Plinius de Oudere en de schrijver van de Periplus van de Erythreïsche Zee hoe de Romeinen de zuidwestmoesson, Hippalos genaamd, leerden gebruiken om rechtstreeks over de Indische Oceaan van de Golf van Aden naar Zuid-India te varen.
[bewerk] Zie ook
De vassa (het jaarlijkse regenretraite voor boeddhistische monniken) is nauw verwant met de moesson.
Bron(nen): |
|