Herman I van Thüringen
1155-1217 | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Landgraaf van Thüringen | ||||||
|
||||||
|
Herman I (1155-Gotha,1217) was van 1190 tot 1217 landgraaf van Thüringen.
[bewerk] Leven
was een jongere zoon van landgraaf Lodewijk II van Thüringen en Judith van Zwaben. Herman steunde zijn broer Lodewijk in diens strijd tegen Hendrik de Leeuw. Zijn broer maakte hem paltsgraaf van Saksen in 1181. Samen met zijn broer nam hij ook deel aan de derde kruistocht. Bij de dood van zijn broer in 1190, werd hij landgraaf. In 1192-1193 nam hij deel aan de rijksrebellie tegen Hendrik IV. In de troonstrijd stond hij eerst aan de kant van de Welfen, maar verwisselde een aantal keren van zijde en slaagde er op deze manier in zijn bezittingen verder uit te breiden. Thüringen werd zodoende wel het decor van oorlogsverrichtingen en werd diverse malen verwoest. Hij bouwde de Wartburg verder uit en maakte die tot centrum van hofleven en ridderwezen. Herman voerde strijd met de bisschop van Mainz over de macht in Thüringen-Hessen.
Hermans hof was het centrum van de Duitse literatuur van zijn tijd met schrijvers als Hendrik van Veldeke, Wolfram von Eschenbach en Herbort von Fritzlar. Op zijn Wartburg zou in 1206 de zangwedstrijd op de Wartburg hebben plaatsgevonden, waaraan Walther von der Vogelweide en Wolfram von Eschenbach deelnamen.
[bewerk] Kinderen
Herman huwde met:
- Sophia van Sommerschenburg, dochter van paltsgraaf Frederik II van Saksen, weduwe van graaf Hendrik I van Wettin,
- Sophia van Beieren (1171-1238), dochter van hertog Otto I van Beieren, in 1196,
en werd vader van:
- Judith (1184-1235), in 1194 gehuwd met markgraaf Diederik van Meißen (1161-1221) en in 1223 met graaf Poppo VII van Henneberg (-1245)
- Hedwig (-1247), in 1211 gehuwd met Albrecht II van Weimar-Orlamünde
- Lodewijk IV van Thüringen (1200-1227)
- Hendrik Raspe (1201-1247)
- Koenraad (-1240), grootmeester van de Duitse Orde
- Herman (1202-1216)
- Irmgard (1197), in 1211 gehuwd met graaf Hendrik I van Anhalt (1252)
- Agnes, in 1225 gehuwd met Hendrik de Goddeloze, prins van Babenberg (1208-1228) en in 1229 met hertog Albrecht I van Saksen (-1261).