Dionysius van Halicarnassus
Dionysius van Halikarnassos (Grieks: Διονύσιος) was een Griekstalige Romeinse auteur uit de 1e eeuw v. Chr.
Hij kwam rond het jaar 30 v. Chr. naar Rome en werkte daar gedurende 22 jaar in de hoogste politieke en culturele middens. Dionysius schreef allerlei essays op het gebied van retoriek en stijlkritiek. Door dit en andere geschriften behoort hij tot de beginperiode van de Tweede Sofistiek. Hij was de baanbreker van het literaire classicisme dat teruggreep naar de Attische voorbeelden, onder wie hij vooral Demosthenes bewonderde.
Zijn belangrijkste historische werk is de "Ῥωμαϊκὴ Ἀρχαιολογία" (= "Romeinse Oergeschiedenis"), dat in 7 v. Chr. gepubliceerd werd. Hiermee wilde hij het werk van Polybius aanvullen vanaf de oertijd tot 264 v. Chr. Als historicus stond Dionysius weinig kritisch tegenover zijn bronnen, en vertrouwde teveel op het waarheidsgehalte van de Romeinse annalisten. Zijn voorliefde voor de retorische vormgeving blijkt uit de vele en lange redevoeringen die hij zijn personages laat uitspreken.
[bewerk] Nederlandse (fragmentarische) vertalingen
- H.M. Beliën - F.J. Meijer - K.A.D. Smelik, Een Geschiedenis van de Oude Wereld. Bronnen, Haarlem, 1981, p. 170-174.
- N. Golvers, Een antiquarische uitstap in de Oudheid: Varro en Dion. Hal. (Ant. Rom., I, 14-15) over de Aborigines-steden bij Reate (Rieti; Sabina) in de 1e eeuw voor Christus, in Kleio 20 (1990-1991), pp. 143-170.