Bevalling
Op Ontsluiting (bevalling) staat tekst die in dit artikel ingevoegd zou moeten worden. Daarna kan dat artikel een redirect worden (Overleg). |
De bevalling of geboorte is de gebeurtenis waarbij een foetus vanuit de baarmoeder door het geboortekanaal naar buiten komt als baby.
[bewerk] Begin van de bevalling
De bevalling wordt ingezet doordat de baarmoeder zich begint samen te trekken (weeën) waardoor de baarmoedermond verandert (verstrijken en ontsluiten). De bevalling kan ook beginnen met het breken van de vliezen, waardoor het vruchtwater naar buiten stroomt. Als de vliezen hoog in de baarmoeder breken, kan het vruchtwater ook druppelsgewijs verloren worden. Daarna ontstaan de weeën. Soms komen de weeën niet op gang als de vliezen gebroken zijn. Meestal wordt de bevalling dan na 24 uur ingeleid i.v.m. infectiegevaar.
[bewerk] De ontsluitingsfase
De ontsluiting is het opengaan van de baarmoedermond (portio). De ontsluiting vindt plaats in het begin van de bevalling. Bij elke contractie wordt de baarmoedermond een beetje opgerekt totdat deze een diameter van ongeveer 10 centimeter heeft bereikt. Echter voordat dit gebeurt moet de baarmoedermond eerst verweken en verstrijken.
[bewerk] Duur van de ontsluiting
De duur van de ontsluiting is lastig vast te stellen. Het kan zijn dat de zwangere zelf een groot deel van de ontsluiting niet opmerkt, maar een bange zwangere echter kan juist al heel vroeg het begin van de ontsluiting opmerken. Verder duurt de ontsluiting bij vrouwen die nog nooit gebaard hebben (primiparae) langer dan bij vrouwen die al een eerdere baring achter de rug hebben (multiparae). Bij de eerste bevalling van een vrouw duurt dit eerste stadium gemiddeld zo'n 24 uren, maar dit kan sterk wisselen: het kan ook in een uur gebeurd zijn of juist dagen duren. Bij de geboorte van volgende kinderen duurt de ontsluiting vaak korter.
[bewerk] Fases van ontsluiting
Als de weeën beginnen is het tijdsinterval tussen twee weeën ongeveer 10-30 minuten en duurt elke wee ongeveer 40 seconden tot 60 seconden. De samentrekkingen van de baarmoeder komen gedurende de bevalling met steeds kortere intervallen en worden sterker, langer en pijnlijker. Dit wordt volledige ontsluiting genoemd. De ontsluiting is in de volgende fases in te delen:
- Beginfase: van 0 tot 4 cm ontsluiting. Aan het eind van het eerste stadium komt er elke twee minuten een wee, die ongeveer een minuut aanhoudt. Deze fase kan lang duren. Twee dagen is zelfs niet abnormaal.
- Middenfase: van 4 tot 8 cm ontsluiting. Nu gaat het een stuk sneller, omdat de weeën krachter worden en in een hogere freqentie voorkomen (om de 3 - 4 minuten).
- Late fase: van 8 tot 10 cm ontsluiting. De weeën volgen elkaar nu erg snel op. De zwangere moet zich goed concentreren op het opvangen van de weeën en zij ziet het nu vaak niet meer zitten. Als de ontsluiting 10 cm is dan wordt deze beschouwd als volledig en zal uitdrijving de volgende stap zijn.
[bewerk] Opbouw van de weeën
Een wee begint minder pijnlijk en wordt naarmate de seconden voorbijgaan steeds pijnlijker tot een bepaald hoogtepunt. Daarna zwakt de pijn weer af. Door het sterker en pijnlijker worden van de weeën, treedt er een bepaalde gewenning aan de pijn op. Dat komt door hormonen die in het lichaam vrijkomen.
[bewerk] Tekening
Een symptoom van het begin van de bevalling is het verliezen van bloederig slijm, de slijmprop die voor de baarmoederhals zat. Dit geeft aan dat de ontsluiting in gang is gezet, maar het kan ook het gevolg zijn van een inwendig onderzoek. Het is nu nog niet zeker dat de bevalling gelijk doorzet, dit kan nog een aantal dagen duren.
[bewerk] De uitdrijvingsfase
Nadat de opening van de baarmoedermond voldoende is opgerekt volgt het volgende stadium van de bevalling. In dit stadium wordt door grote samentrekkingen van alle spieren in de onderbuik, inclusief de baarmoeder, de baby door het geboortekanaal geduwd. Deze persweeën lijken wel enigszins op de aandrang bij toiletbezoek, en zijn onweerstaanbaar sterk. De vrouw kan niet anders dan actief mee gaan persen. In dit stadium van de bevalling breken de vliezen als dit niet in het begin van de ontsluitingsfase al is gebeurd. Als het persen langer dan 1 tot 1.5 uur duurt, zal een gynaecoloog moeten ingrijpen. Vaak betekent dit dat er een niet vorderende uitdrijving is en een kunstverlossing danwel een keizersnede (sectio caesarea) moet plaatsvinden. In sommige gevallen is alleen "|inknippen" (episiotomie) voldoende om de baby alsnog op de normale manier geboren te laten worden. Het grootste deel van de baby, het hoofd, kost de meeste moeite om naar buiten te persen. Als het hoofdje eenmaal geboren is, zal in de meeste gevallen nog slechts één perswee nodig zijn om het hele lijfje naar buiten te duwen.
[bewerk] Het nageboortetijdperk
Een kwartier tot een half uur na de geboorte van het kind wordt de placenta nog uitgestoten, dit wordt nageboorte genoemd. Pas dan is de bevalling afgelopen. De geboorte van de placenta kan bespoedigd worden door een injectie met syntocinon. Dat is een kunstmatige vorm van oxytocine. De placenta laat een wond achter in de baarmoeder waardoor de vrouw gedurende een aantal weken vloeit.
[bewerk] Na de bevalling
Na de bevalling vloeit de vrouw nog ongeveer 10 dagen. Deze bloeding is veel heftiger dan tijdens een menstruatie. Na ongeveer 10 dagen neemt het vloeien af en lijkt de vloeiing wel op een normale menstruatie. Af en toe kan de vrouw pijn hebben in haar buik of in haar rug. Dat komt door de baarmoeder, die zich weer samentrekt om zijn oorspronkelijke afmetingen weer aan te nemen. De grootte van de baarmoeder wordt gecontroleerd door de kraamverzorgster en de verloskundige. Bij het geven van borstvoeding treden deze baarmoedercontracties in sterkere mate op, hetgeen het herstel bespoedigt zodat de wond die ontstaan is door het loslaten van de placenta sneller geneest en kleiner wordt. Vrouwen die geen borstvoeding geven zullen dan ook langer vloeien dan vrouwen die wel borstvoeding geven. De meeste vrouwen die borstvoeding geven zullen 3-4 weken na de bevalling niet meer vloeien.Het hoeft niet bij elke vrouw hetzelfde te zijn. Sommige vrouwen vloeien na de bevalling net zoals tijdens een menstruatie en deze periode ligt dan ook gelijk. Zes weken na de bevalling vindt er een controle plaats door de verloskundige of de gynaecoloog.
[bewerk] Vergelijking met andere zoogdieren
Omdat de menselijke schedel zo groot is, en ook door de vorm van het bekken van de vrouw (noodzakelijk omdat de mens op twee benen loopt), is de geboorte van een menselijke baby moeilijker dan die van andere zoogdieren. Een grote variëteit aan pijnstillers is in gebruik om de pijn die een vrouw heeft bij een bevalling draaglijk te maken; in sommige landen worden deze pijnstillers aan alle vrouwen gedurende de bevalling gegeven. Veel vrouwen kiezen er in Nederland echter voor om de bevalling op natuurlijke wijze te doorstaan. Achteraf is de pijn gauw vergeten, en wordt die, als het goed is, overschaduwd door een geweldig geluksgevoel met de pasgeboren baby.
[bewerk] Mogelijke problemen bij de baring
- Ziekten aanwezig voor het ontstaan van de zwangerschap: suikerziekte, hypertensie, schildklierafwijking;
- groeiachterstand;
- pre-eclampsie;en/of HELLP-syndroom;
- te vroeg gebroken vliezen;
- voortijdige weeën;
- weeënzwakte;
- liggingsafwijkingen van het kind;
- schouderdystocie en
- overmatig bloedverlies (fluxus of haemorrhagia postpartum (HPP))
[bewerk] Hulp bij de baring
Wanneer er tijdens een bevalling een complicatie optreedt, kan worden besloten om de baby niet via het geboortekanaal maar via een operatie uit de baarmoeder te halen. Zo'n operatie heet een keizersnede, en houdt in dat de buik van de moeder met een horizontale snede wordt geopend. Het is belangrijk dat een keizersnede snel kan worden uitgevoerd wanneer ze wordt begonnen; over het algemeen is het kind binnen 10 minuten nadat de operatie is begonnen geboren. Indien er een foetale nood dan wel een niet vorderende uitdrijving bestaat, kan gekozen worden voor een kunstverlossing ("verlostang" of een vacuümextractie) om de geboorte van het kind te bespoedigen. Voor de komst van alle hulpmiddelen, inclusief de keizersnede, was een bevalling voor de moeder een zeer gevaarlijke situatie. Veel vrouwen overleden aan complicaties, niet alleen door de bevalling, maar ook door besmetting. Dat aantal is nu sterk verminderd.
[bewerk] Kraamweken
Veel vrouwen krijgen op de derde of vierde dag van het kraambed de zogenaamde kraamtranen. Hiermee wordt een dag bedoeld waarbij de vrouw extreem emotioneel is en plotseling in huilen kan uitbarsten. Zo'n dag is heel gewoon en is het gevolg van alle nieuwe indrukken en alle lichamelijke veranderingen die er plaatsvinden zoals verandering in hormonen, stuwing en soms nog hechtingen. Een bevalling is zowel lichamelijk als geestelijk een enorme ervaring. Voor de meeste vrouwen geldt dat zij binnen enkele weken lichamelijk weer redelijk opgeknapt zijn. Uitzonderingen kunnen zijn als de vrouw een keizersnede heeft ondergaan, of een HELLP of pre-eclampsie heeft doorgemaakt. Lichamelijke klachten als gevolg hiervan kunnen zeker tot een jaar na de bevalling blijven bestaan. Ook geestelijk knappen de meeste vrouwen weer snel op. In het tijdsbestek van een aantal weken wordt een nieuwe ritme thuis opgebouwd en leren baby en moeder, vader en eventuele andere kinderen elkaar goed kennen. Het spreekt voor zich dat de geestelijke gezondheid van de vrouw minder snel opknapt als er complicaties waren tijdens de zwangerschap of bevalling. Sommige vrouwen blijven geestelijke klachten houden of merken dat zij gedurende een lange tijd depressief blijven. Deze vrouwen kunnen niet blij zijn met hun baby, ze zitten niet lekker in hun vel en merken dat elke inspanning gedurende de dag eigenlijk te veel voor hen is. Zulke situaties zijn niet normaal en aandacht van de huisarts, verloskundige of gynaecoloog is noodzakelijk. Men spreekt dan van een post-natale depressie of postpartumdepressie. Een postpartumdepressie is in de meeste gevallen goed te behandelen met medicatie. Het is een lichamelijke aandoening die geestelijke klachten tot gevolg heeft. De klachten van deze vrouwen zit dus zeker niet tussen de oren. Een extreme vorm van postpartumdepressie is een postpartumpsychose waarbij zich ook waandenkbeelden voordoen.
{{{afb_links}}} | Voortplantingssysteem | {{{afb_rechts}}} | |
---|---|---|---|
Vrouw: Eierstok (Ovaria) - Eileider (Tuba ovaria) - Baarmoeder (Uterus) - Baarmoederhals (Cervix) - Vagina (Schede) |