Alimentatie
Alimentatie is een financiële ondersteuning die na een echtscheiding door de meest kapitaalkrachtige partner aan de minst kapitaalkrachtige ex-partner verstrekt kan worden. Men onderscheidt in Nederland alimentatie voor de ex-echtgenoot, of alimentatie voor de kinderen.
In België is een veel gebruikt synoniem voor alimentatie: onderhoudsgeld (zie onder Onderhoudsgeld). De rest van deze tekst is enkel van toepassing in het Nederlandse recht.
Inhoud |
[bewerk] Procedure
Een procedure ter vaststelling, wijziging of beëindiging van alimentatie via de rechter begint altijd met een verzoekschrift. De partners hebben bij de procedure een advocaat nodig, deze stelt voor de partners het verzoekschrift op. In het verzoekschrift moeten de volgende zaken vermeld staan:
- naam, voornamen, geboortedatum en adres van de ex-partners (bij een verzoek om partneralimentatie);
- naam, voornamen, geboortedatum en adres van het minderjarig kind en van de ouders (bij een verzoek om kinderalimentatie voor een minderjarig kind);
- naam, voornamen, geboortedatum en adres van het meerderjarig kind en van de ouder van wie de financiële bijdrage wordt gevraagd (bij een verzoek om kinderalimentatie voor een meerderjarig kind);
- reden voor vaststelling, wijziging of beëindiging van de alimentatie.
De advocaat stuurt het verzoekschrift naar de griffie van de rechtbank in het arrondissement waar de aanvrager woont. De griffier stuurt een afschrift van het verzoek naar de andere ex-partner.
Als de andere ex-partner het niet eens is met dit verzoek, kan hij of zij via een advocaat een verweerschrift indienen. In het verweerschrift moet de ex-partner de reden van bezwaar aangeven. Als er een verweerschrift is ingediend, worden beide ex-partners opgeroepen voor een zitting.
Is er geen verweerschrift ingediend, dan vindt er meestal geen zitting plaats. De rechter neemt dan op basis van het verzoek een beslissing.
Is er wel een verweerschrift ingediend, dan vindt er een besloten zitting plaats. Dit betekent dat er geen publiek aanwezig mag zijn.
Als er geen verweerschrift is ingediend en er wel een zitting plaats heeft, kan de rechter bepalen dat tijdens de zitting alsnog een verweerschrift mag worden ingediend. De rechter deelt aan het einde van de zitting mee op welk moment de beslissing genomen zal worden.
De beslissing van de rechter wordt schriftelijk vastgelegd en wordt beschikking genoemd. De ex-partners krijgen de beschikking via hun advocaat toegestuurd.
[bewerk] Partneralimentatie
Na een scheiding vervalt de verplichting om financieel voor elkaar te zorgen niet. Heeft één van de ex-partners niet voldoende inkomsten, dan moet de ander alimentatie betalen.
Partneralimentatie kan op twee manieren worden vastgesteld:
- de ex-partners kunnen samen afspraken maken over de hoogte en duur van de alimentatie. Deze afspraken leggen zij schriftelijk vast. Vaak worden dit soort afspraken en andere toekomstige wijzigingen, via een advocaat of notaris vastgelegd;
- de rechter stelt de hoogte en de duur van de alimentatie vast als de ex-partners geen afspraken kunnen of willen maken over de alimentatie.
De rechter houdt bij het vaststellen van het alimentatiebedrag rekening met:
- de behoefte van de ex-partner die alimentatie vraagt of ontvangt;
- de draagkracht van de ex-partner die alimentatie moet betalen of betaalt.
De rechter kan het alimentatiebedrag wijzigen als:
- de omstandigheden van één of beide ex-partners gewijzigd zijn. Het alimentatiebedrag kan dan niet meer redelijk zijn;
- de rechter bij zijn of haar eerdere beslissing is uitgegaan van verkeerde of onvolledige gegevens.
Het kan gebeuren dat een ex-partner niet genoeg heeft aan de alimentatie om in het levensonderhoud te voorzien. De ex-partner kan dan een aanvullende bijstandsuitkering aanvragen bij de sociale dienst in de eigen woonplaats. De Gemeentelijke Sociale Dienst gaat dan na in hoeverre:
- de ex-partner onderhoudsplichtig is;
- of de uitgekeerde bijstand op de ex-partner kan worden verhaald.
[bewerk] Duur van de alimentatie
De ex-partners kunnen afspraken maken over de duur van de alimentatie. Zij kunnen dit voor een bepaalde of onbepaalde periode afspreken. De alimentatieverplichting eindigt dan als de afgesproken periode voorbij is.
Komen de partners hier samen niet uit, dan stelt de rechter de periode vast. De alimentatieverplichting eindigt dan als de door de rechter vastgestelde periode voorbij is.
Als de partneralimentatie op of na 1 juli 1994 is vastgelegd en er geen periode is vastgesteld, dan hanteert de wet twee perioden:
- periode van 12 jaar. Deze geldt voor een:
- huwelijk met kinderen;
- huwelijk zonder kinderen dat langer dan 5 jaar heeft geduurd.
- periode van maximaal 5 jaar. Deze geldt voor een huwelijk zonder kinderen dat niet langer dan 5 jaar heeft geduurd. Dat betekent dat de alimentatie net zo lang betaald moet worden als het huwelijk heeft geduurd.
Als de partneralimentatie dateert van voor 1 juli 1994 gelden andere regels. Daarbij geldt in principe een maximum van 15 jaar. Die termijn kan echter nog verlengd worden als de beëindiging voor de gerechtigde te ingrijpend zou zijn.
De periode start op het moment dat de echtscheiding is ingeschreven in de registers van de burgerlijke stand. De ex-partners kunnen samen ook een langere periode dan 12 jaar afspreken. De rechter kan geen langere periode dan 12 jaar vaststellen.
Partneralimentatie eindigt als:
- één van de ex-partners overlijdt;
- degene die alimentatie ontvangt, trouwt, een geregistreerd partnerschap aangaat of gaat samenwonen als waren zij gehuwd.
- de door de rechter vastgestelde periode of de onderling afgesproken periode voorbij is.
Een ex-partner kan de rechter om wijziging van de afgesproken of vastgestelde periode vragen. Dit kan als blijkt dat de periode te kort of te lang is, waardoor een van beide ex-partners ernstig benadeeld wordt.
Na 12 (of maximaal 5) jaar kan de ex-partner die alimentatie ontvangt de rechter om verlenging vragen. Dit is alleen mogelijk als stopzetting voor de ex-partner die alimentatie ontvangt bijzonder onredelijk zou zijn. Een verzoek om verlenging moet uiterlijk binnen drie maanden nadat de alimentatieperiode om is, ingediend worden bij de rechtbank.
[bewerk] Kinderalimentatie
Als ouder moet iemand voor de kinderen de kosten van verzorging en opvoeding betalen, totdat zij 18 jaar zijn. Als het kind meerderjarig wordt, houdt echter de financiële verplichting niet op. Een ouder heeft voor de kinderen van 18, 19 en 20 jaar een "voortgezette onderhoudsplicht". Dit betekent dat hij of zij de kosten van levensonderhoud en studie moet betalen.
Het kan voorkomen dat een kind van 18, 19 of 20 jaar wel in zijn of haar onderhoud kan voorzien, bijvoorbeeld omdat hij of zij werkt. De alimentatie kan dan in overleg met het kind gestopt worden. Kan een ouder het niets eens worden met het kind, dan kan hij of zij aan de rechter om beëindiging van de betalingsverplichting vragen.
Een aparte regeling geldt voor 'stiefouders'. Zolang een kind deel uitmaakt van het gezin van zijn ouder en diens nieuwe echtgenoot is die nieuwe echtgenoot onderhoudsplichtig. Die onderhoudsplicht eindigt als het huwelijk ontbonden wordt. Als echter de stiefouder ook het gezag heeft gehad dan blijft deze ook na de echtscheiding onderhoudsplichtig. Deze onderhoudsplicht is in tijd begrensd: de termijn is de duur dat het gezag heeft bestaan. Stel, het gezamenlijk gezag van de ouder en de niet-ouder wordt na vijf jaar beëindigd. De niet-ouder is daarna nog vijf jaar verplicht het kind te onderhouden.
Kinderalimentatie kan op twee manieren worden vastgesteld, namelijk:
- De ex-partners kunnen samen afspraken maken over het alimentatiebedrag. Deze afspraken leggen zij schriftelijk vast in het scheidingsconvenant. De rechter kan dit bedrag wijzigen als het te laag is. Als het kind 18 jaar wordt, moet het zelf een afspraak maken met de betalende ouder. Dit geldt ook als het kind tijdens de scheiding 18, 19 of 20 jaar is.
- De ex-partners zijn niet in staat afspraken te maken over het alimentatiebedrag. De rechter stelt dan een bedrag per kind vast dat maandelijks moet worden betaald. Het kan gebeuren dat de betalende ouder en het meerderjarige kind het niet eens kunnen worden over de hoogte van het alimentatiebedrag. De rechter kan dan ook voor meerderjarige kinderen een bedrag vaststellen.
De rechter kan het alimentatiebedrag wijzigen als:
- de omstandigheden van de ex-partners gewijzigd zijn. Het alimentatiebedrag kan dan niet meer redelijk zijn;
- de rechter bij zijn of haar eerdere beslissing is uitgegaan van verkeerde of onvolledige gegevens.
[bewerk] Wet herziening kinderalimentatie
In 2004 heeft de Minister van Justitie de Wet herziening kinderalimentatie (29480) ingediend. Is de berekening van alimentatie nu nog gebaseerd op de Tremanormen, onder het nieuwe stelsel zal op basis van het belastbaar inkomen van de onderhoudsplichtige een bedrag worden vastgesteld. De wet is in 2006 nog steeds in behandeling en kan in ongewijzigde vorm, naar het zich laat aanzien, niet op een kamermeerderheid rekenen.
[bewerk] Externe link
Bron(nen): |
|