Tyndareus
Tyndareus was in de Griekse mythologie de zoon van Oebalus en Gorgophone. Zijn broers waren Icarius en Hippocoön.
Tyndareus volgde zijn vader op als koning van Sparta, maar werd van de troon verdreven door Hippocoön en diens twaalf zoons. Met behulp van Herakles heroverde hij zijn erfdeel.
Zijn vrouw Leda werd verleid door Zeus in de gedaante van een zwaan, maar sliep diezelfde nacht ook nog met Tyndareus. Zij legde twee eieren. Het ene bevatte Zeus' kinderen Pollux en Helena; het andere Castor en Klytaimnestra, de kinderen van Tyndareus. Ook Philonoë en Timandra worden als Tyndareus' dochters genoemd.
Toen Thyestes in Mycene de macht greep, kwamen Agamemnon en Menelaus, de zoons van Atreus, naar Tyndareus' hof. Deze huwelijkte Klytaimnestra uit aan Agamemnon en hielp hem Mycene te veroveren.
Zijn dochter Helena trok een ruime schare gegadigden aan. Om niemand voor het hoofd te stoten, nam Tyndareus geen geschenken aan, en wees hij niemand openlijk af. Met behulp van Odysseus vond hij een uitweg uit het wespennest: hij liet alle vrijers zweren dat zij de uitverkorene zouden verdedigen tegen al wie hem zijn geluk misgunde. Vervolgens werd Helena toegewezen aan Menelaus; Odysseus verkreeg met Tyndareus' steun Penelope, de dochter van Icarius.
Zijn zonen Castor en Pollux (of Polydeuces), die samen bekend stonden als de Dioscuren, waren roemruchte helden, maar zij kwamen beiden vóór hun vader om het leven. Hierop deed deze troonsafstand ten voordele van zijn schoonzoon Menelaus.
Volgens sommige bronnen was Tyndareus al voor de aanvang van de Trojaanse Oorlog overleden. Andere bronnen duiden hem echter aan als degene die zonder succes de doodstraf eiste tegen Orestes, zijn kleinzoon die vele jaren na de oorlog Klytaimnestra had vermoord.