Salonmuziek
Salonmuziek is een vorm van muziek zoals deze aan het begin van de 20e eeuw in horecagelegenheden gespeeld werd. Meestal speelde in kroeg, koffiehuis of tearoom een pianist, maar in de wat sjiekere gelegenheden zag je vaak een "strijkje" dat bestond uit een pianist, enkele strijkers en blazer(s).
Er werden vaak dansnummers gespeeld, zoals walsen, foxtrots en tango's. De muzikale leiding was in handen van de eerste violist, die bleef staan en Stehgeiger werd genoemd.
Na de oorlog waren de strijkers verdwenen. De muzikale mode veranderde en de levende muziek werd vervangen door jukeboxen. In de zestiger jaren wist bijna niemand meer wat salonmuziek was. Maar halverwege de jaren zeventig begonnen muzikanten op zolder in oude vergeelde bladmuziek te snuffelen en er ontstond een herontdekking van het salonrepertoire. Steeds meer orkestjes gingen salonmuziek spelen.
Enkele Nederlandse salonorkesten zijn Pluche, Da Capo, Trocadero, Crème en Ensemble Escapade.