Nederland - Economie
Nederland is een welvarend land met een open economie, dat zwaar leunt op buitenlandse handel. De economie wordt getypeerd door stabiele verhoudingen, gematigde inflatie, een gezond financieel beleid en door zijn belangrijke rol als Europese transportader. Voedselverwerking, chemie, olieraffinage en de fabricage van elektrische apparaten zijn de belangrijkste industriële activiteiten.
In de intensieve, gemechaniseerde land- en tuinbouw werkt weliswaar slechts 4% van de Nederlandse beroepsbevolking , maar er worden door de sector enorme hoeveelheden voedsel voor de voedselverwerkingsindustrie en de export geproduceerd. Na de Verenigde Staten en Frankrijk is Nederland het derde exportland op het gebied van land- en tuinbouwproducten. Over de gehele linie bekeken is Nederland de tiende economie van de wereld, na de 'grootmachten' als (willekeurige volgorde) Canada, V.S, U.K., Japan en dergelijke.
De Nederlandse economie is vanaf eind jaren '90 3% of meer gegroeid. Vanaf eind 2000/begin 2001 is sprake van enige vermindering van groei, met name van de e-commerce markt. De algemene dalende lijn heeft zich doorgezet na de terroristische aanslagen in New York op 11 september 2001 (zie 2001). Vooral luchtvaartmaatschappijen en bijbehorende sectoren zijn wereldwijd zwaar getroffen; ook de Nederlandse luchtvaartmaatschappijen leden verlies.
Het nieuwe belastingstelsel dat begin 2001 is ingevoerd was erop gericht de hoge loonbelastingtarieven te temperen en de fiscale lasten deels over te hevelen naar consumptiegoederen en -diensten. Nederland was één van de eerste landen die het besluit aangaande de euro als Europese munteenheid hebben geratificeerd. Sinds 1 januari 2002 is de munt er het enige wettige betaalmiddel (met overgangsperiode voor inwisseling).
Inhoud |
[bewerk] BNP
- Totaal: $500 miljard (2005)
- Reëel groeicijfer: 1,5% (2005)
- Per hoofd van de bevolking: koopkracht - $30,500 (2005)
- Per economische sector:
- Land- en tuinbouw: 2.1%
- Industrie: 24.4%
- Dienstensector: 73.5% (2005)
- Inkomen per huishouden/consumptiepercentage
- laagste 10%: 2,8% van de totale koopkracht/consumptie
- hoogste10%: 25,1% van de totale koopkracht/consumptie(1994)
- Inflatiepercentage (consumentenprijzen): 1.6% (2005)
- Totaal inflatiepercentage sept/okt 2001: 4,7%
[bewerk] Beroepsbevolking
- Totaal 7.53 miljoen (2005)
- Beroepsverdeling: dienstensector 73%, industrie 23%, landbouw 4% (2005)
- Werkloosheidspercentage: 6.7% (2005)
Zie ook Nederlandse bevolking
[bewerk] Budget
- Inkomsten: $291.8 miljard
- Uitgaven: $303.7 miljard, inclusief kapitaalinvesteringen
(2005)
[bewerk] Industrieën
landbouwindustrie, metaalindustrie en machinebouw en -installaties, fabricage van elektrische apparaten and outillage, chemische productie, olieverwerking, constructie, micro-elektronica, visvangst
- Groeipercentage industriële productie: 3,2% (2000)
- Belangrijkste bedrijven: Shell, Unilever, Akzo Nobel, Philips, andere....
Zie verder: Industrie in Nederland
[bewerk] Elektriciteit
- Productie elektriciteit: 85,294 miljard kWh (1999)
- Productie elektriciteit per bron:
- olie-en aardgasproducten: 90,25%
- waterkracht: 0,11%
- nucleair: 4,27%
- andere (o.a. windenergie en zonne-energie): 5,37% (1999)
- Consumptie: 97,76 miljard kWh (1999)
- Export: 3,97 miljard kWh (1999)
- Import: 22,407 miljard kWh (1999)
- Hoogovens, IJmuiden
- Nederlandse Aardolie Maatschappij
- Elektriciteitscentrales
- Gasunie. De winning van Aardgas
- Geschiedenis van de Nederlandse mijnbouw
- zoutwinning
- andere grondstoffen
[bewerk] Land- en tuinbouw
- Producten:
- granen, aardappels, suikerbieten, fruit, groenten; vee en gevogelte
- Het Westland - glastuinbouw
- Het Veilingwezen
Zie verder Nederland - Land- en Tuinbouw
[bewerk] Veeteelt
- De veehouderij
- Varkensfokkerijen
- Zuivelproducten
- Pluimveehouderij
- Mestoverschot (te behandelen op Nederland - Milieu
- Varkenspest, Gekkekoeienziekte (BSE), Mond- en Klauwzeer (MKZ), Salmonella in pluimvee en eieren, en hun invloed op de Nederlandse economie.
[bewerk] Visserij
- Visvangst
- Visquota
Zie verder Nederland - Visserij
[bewerk] Export
- Jaartotaal $365.1 miljard (f.o.b., 2005)
- Export van goederen: machinerieën en outillage, chemicaliën, brandstoffen; voedselproducten
- Uitvoerpartners: Duitsland 25%, België 12.4%, GB 10.1%, Frankrijk 9.9%, Italië 6%, USA 4,3%(2005)
[bewerk] Import
Jaartotaal $201.2 miljard (c.i.f., 2000)
- Import van goederen: machinerieën en transport benodigdheden, chemicaliën, brandstoffen; voedselproducten, kleding
- Invoerpartners: EG 56% (Duitsland 18%, België-Luxemburg 10%, GB 5%, Frankrijk 6%), US 9%, Centraal- en Oost-Europa (2000)
- Schuldenlast (extern): $0
- Economische hulp: ODA, $3,5 miljard (2000)
[bewerk] Munteenheid
- euro (EUR).
- opmerking: op 1 januari 1999 introduceerde de Europese Gemeenschap de euro als gemeenschappelijke munteenheid. De waarde is toen vastgesteld op 2,20371 Nederlandse gulden per euro. Per 1 januari 2002 werd de euro voor alle transacties wettig betaalmiddel.
- Wisselkoersen: euro per US dollar - 1,0659 (Januari 2001), 1,0854 (2000), 0,9386 (1999); Nederlandse gulden per US dollar - 1,9837 (1998), 1,9513 (1997), 1,6859 (1996)
- Fiscaal jaar: kalenderjaar
Voor transportzaken zie Nederland - Transport Meer over Nederland op Nederland