Kabelinternet
Kabelinternet is het aanbieden van internet toegang via kabeltelevisienetwerken.
Inhoud |
[bewerk] Ontstaan
CAIW was de eerste aanbieder van kabelinternet in Nederland. Sinds 1995 is hun kabeltelevisienetwerk niet alleen in gebruik voor televisie, maar wordt het ook gebruikt voor internet via de kabel. Door middel van een kabelmodem bij de gebruiker thuis wordt een dataverbinding opgezet naar de wijkcentrale of headend. Hier wordt het verkeer verder getransporteerd over het datanetwerk van de kabelexploitanten en gekoppeld aan de rest van het Internet. De kabelexploitant treedt hierbij dus op als ISP. Kabelinternet is een vorm van breedband-internet.
In eerste jaren had kabelinternet een slecht imago wegens technische problemen en ondercapaciteit. De oorzaak van de technische problemen had te maken met het feit dat voor het eerst retourverkeer op het kabelnet plaats vond en kabelmodemsystemen gevoelig zijn voor signaalverstoringen. Deze problemen zijn in de loop der tijd vrijwel opgelost onder meer door de verglazing van het het netwerk tussen de wijkcentrale en het kopstation.
[bewerk] Snelheid
Snelheidsproblemen kwamen voort uit ondercapaciteit: een aantal gebruikers deelt de capaciteit van en naar het kopstation of de wijkcentrale en als de totale capaciteit te laag is of het aantal gebruikers te hoog, dan merken de gebruikers dit door een lage snelheid. De reden dat kabelinternet vooral in het begin problemen had was dat, anders dan een inbelverbinding, gebruikers niet per minuut hoefden te betalen, vaak geen datalimiet hadden en daardoor veel meer verkeer genereerden dan initieel verwacht. In combinatie met trage kabelmodemsystemen en te veel gebruikers per gedeelde verbinding leidde dit tot veel klachten. De huidige kabelmodemsystemen die de Euro-DOCSIS standaard hanteren, hebben, wanneer goed gedimensioneerd, dit probleem niet meer.
Het transportkanaal naar het modem bij de gebruiker kan ongeveer 35 Mbps aan. Dit betekent dat er minstens drie gebruikers tegelijkertijd in een wijk met 10 Mbps kunnen "downloaden" zonder dat de verbinding verstopt raakt. In deze situatie is er geen overboeking van de verbinding. Als er meer gebruikers zijn dan moeten zij de bandbreedte delen en krijgen zij niet altijd de maximale snelheid. Er is dan sprake van "overboeking". Alle kabelinternet aanbieders "overboeken" hun verbindingen in meer of mindere mate. Ook ADSL-aanbieders doen dat.
De modemfabrikanten werken aan snellere versies die tot 100 Mbps aankunnen door verscheidene transportkanalen van elk 35 Mbps in een wijk te combineren tot één kanaal.
[bewerk] Aanbieders
[bewerk] Nederland
Nederlandse aanbieders zijn tot 2007, wanneer volgens een Europese Richtlijn op de kabel concurrentie mogelijk moet worden, gebonden aan contracten met de kabeltelevisiemaatschappijen. Aanbieders zijn daarom per definitie regionale aanbieders.
Aanbieders van kabelinternet en VoIP via de kabel zijn:
Providernaam | Kabelnetwerken waarop geleverd wordt |
BetuweNet | Stichting Kabeltelevisie Huissen |
Brunssum Net | CAI Gemeente Brunssum |
Cable4U | Tebecai (Hattem en Culemborg) |
CAIW/Kabelfoon | CAIW, CAI Harderwijk, CAI Pijnacker, e.a. |
Casema | Casema |
Chello | UPC Nederland B.V. e.a. |
Essent Kabelcom (@Home/@Work) | Diverse CAI's |
IAE/Claranet | CAI Waalre |
Kabel Noord | Kabel Noord |
Kabeltex | Kabeltex op Texel |
Multikabel | Multikabel |
Netvisit | SKV |
Orange | Casema |
Zeelandnet | DELTA |
[bewerk] Vlaanderen
In Vlaanderen heeft Telenet tot augustus 2007 een monopolie voor Internet via de kabel. Andere operatoren mogen hun netwerk nog niet gebruiken voor het aanbieden van Internet.