Johannes III van Byzantium
Johannes III Ducas, bijgenaamd Vatatzes (ca. 1192 - Nymphaeum, 3 november 1254) was Byzantijns keizer in ballingschap te Nicaea, van 1222 tot 1254.
Hij stamde uit het geslacht Ducas (Grieks Doukas) en was de schoonzoon en opvolger van Theodorus I Lascaris (de eerste keizer in ballingschap). Johannes zette de Byzantijnse restauratie verder door: in Klein-Azië heroverde hij haast alles wat nog in "Latijns" bezit was evenals kuststroken op het Turkse Rum en het Byzantijnse Trebizonde.
Op het Europese continent ontnam hij Macedonië aan het voormalige Latijns-Thessalische koninkrijk (1242–1246) en dwong zodoende het "keizerrijk" Epirus genoegen te nemen met een "despotaat" (1242). Hij onderhield wel goede betrekkingen met de Duitse keizer Frederik II (wiens natuurlijke dochter Constance hij huwde), maar faalde toch in zijn poging tot herstel van de eenheid met Rome en het Westen.
Johannes III bevorderde de economische zelfstandigheid van zijn rijk, en besteedde daarbij veel aandacht aan de sociale aspecten. Daarom werd hij na zijn dood als heilige vereerd in de Byzantijnse Kerk.