Gladde slang
Gladde slang | |||||||||||||||
---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|---|
Taxonomische indeling | |||||||||||||||
|
|||||||||||||||
Soort | |||||||||||||||
Coronella austriaca Laurenti, 1768 |
De gladde slang (Coronella austriaca) is een slangensoort uit de familie gladde slangen (Colubridae).
Inhoud |
[bewerk] Kenmerken
De meeste exemplaren worden nog geen 80 centimeter lang en deze slangensoort, die ook in Nederland en België voorkomt, is niet giftig. Ook is deze soort niet agressief en vlucht liever dan hij bijt. Het belangrijkste verschil met de andere twee inheemse slangensoorten, de ringslang (Natrix natrix) en de adder (Vipera berus), is de zeer gladde schubbenhuid over het hele lijf.
Van de adder is de gladde slang te onderscheiden door de ronde pupil, de duidelijk slankere bouw, een hooguit wat vage zigzagtekening en een langere staart. De kleur is meestal lichtbruin tot -grijs met op de rug enkele naast elkaar gelegen rijen kleine vlekjes die soms samensmelten tot een (soms zigzag) streep. De gladde slang is moeilijk te onderscheiden van de girondische gladde slang (Coronella girondica), hoewel deze laatste soort enkel in zuid-Europa voorkomt.
[bewerk] Voedsel
De gladde slang eet voornamelijk reptielen zoals jonge slangen en hagedissen, maar ook kleine zoogdieren zoals knaagdieren en allerlei amfibieën. Grotere prooidieren worden eerst gewurgd en dan doorgeslikt. Jongere slangen eten ook wel wormen en insecten.
[bewerk] Voortplanting
De gladde slang is eierlevendbarend en zet aan het eind van de zomer maximaal 15 eitjes af, die direct uitkomen, een deel al in de moeder. Vaak komen eerst de al uitgekomen exemplaren ter wereld, waarna de nog in het ei zitende jongen ter wereld worden gebracht en meteen uitkomen. Dit heeft als voordeel dat de eieren niet opgegeten kunnen worden.
[bewerk] Verspreiding
De gladde slang leeft in geheel Europa, zelfs in Groot-Brittannië dat bekend staat als een grote barrière voor veel reptielen. Hij komt niet voor in noordelijk Scandinavië en veel eilanden rond de Middellandse Zee, maar wel op Sicilië en ook in delen van Azië. Ze zijn te vinden in droge en open hellende gebieden zoals bosranden, heidevelden en wegbermen, waar ze overdag op prooien jagen.
In Nederland en België komt deze slang vooral voor in heideterreinen, hoogvenen, verlaten steengroeven en op stuwwallen. Op enkele plaatsen in Wallonië, bijvoorbeeld de Vallei van de Bocq, is de gladde slang niet zeldzaam; elders is hij bedreigd door het verdwijnen van prooien en woongebied. De gladde slang is een bedreigde en beschermde diersoort, en het is verboden om ze te vangen of te doden.