Eponiemenlijsten
Eponiemenlijsten waren in Assyrië meer dan duizend jaar lang de geijkte manier om de jaartelling bij te houden.
Aan ieder jaar werd de naam, een eponiem, van een hoogwaardigheidsbekleder (een limmu) toegekend en deze namen werden bijgehouden op kleitabletten. Later zou in Rome een vergelijkbaar stelsel gebruikt worden in de vorm van de consul-lijsten.
Er zijn negentien kleitabletten met limmu's bewaard gebleven. Op sommige van deze kleitabletten werd onderaan de lijst bovendien een totaal van jaren weergegeven ter controle. Zodoende kon bij het overschrijven van de lijst gezien worden of er niet een naam was weggelaten.
Historici zijn de Assyriërs voor deze boekhouding bijzonder dankbaar. De lijsten verschaffen tot 910 v. Chr. terug een vaste jaartelling die op een jaar nauwkeurig is. Bovendien zijn er van sommige jaren ook gegevens over maan- en zonsverduisteringen bekend en dit spijkert de jaartelling nagelvast. Van het jaar Bur-Sagale (763 v. Chr.) is bijvoorbeeld bekend dat het een zonsverduistering had.
Er zijn eponiemen bekend die teruggaan tot 1200 v. Chr., maar van die tijd zijn ze fragmentarisch.