Cor van Hout
Cornelis (Cor) van Hout (18 augustus 1957 – 24 januari 2003) was een Nederlands crimineel. Hij was een van de ontvoerders van Freddy Heineken en diens chauffeur, Ab Doderer, in november (9 november) 1983.
Van Hout, bijnamen Flipper en Flip (naar het flipperspel), werd geboren in Amsterdam. In 1974 zou hij een aannemersbedrijf zijn begonnen dat zich specialiseerde in het met geweld ontruimen van kraakpanden. Hij was het brein achter de ontvoering in november 1983 van biermagnaat Freddy Heineken en diens chauffeur. Van Hout werd hiervoor gearresteerd in 1984 in Frankrijk, samen met zijn zwager Willem Holleeder (broer van Van Hout's vriendin Sonja Holleeder), die ook tot de ontvoerders behoorde. In 1987 werd Van Hout tot elf jaar celstraf veroordeeld.
Hij kwam in 1991 echter alweer vrij, en zou zich daarna meteen weer met criminele zaken bezig houden. Hij bouwde een bende op die grote belangen had in onder andere de seksbranche. Van Hout zou de leider zijn geweest van die bende.
Op 27 maart 1996 overleefde hij op 38-jarige leeftijd een aanslag in Amsterdam. Hij zou de Delta-organisatie bestolen hebben. In 1997 werd een nieuw plan om hem te vermoorden ontdekt door de politie. Op 6 oktober van datzelfde jaar werd Van Hout gearresteerd. Op 18 mei 1998 werd hij tot 4,5 jaar cel veroordeeld na een eis van 6 jaar, maar ook deze keer werd hij eerder uit de gevangenis ontslagen. In de nacht van woensdag 20 op donderdag 21 december 2000 werd er opnieuw een aanslag gepleegd op Van Hout. Hij werd meerdere malen beschoten, maar raakte niet gewond. In april 2001 kreeg Van Hout een naheffing van 1,7 miljoen gulden van de belastingdienst.
[bewerk] Vermoord
Op 24 januari 2003 werd Van Hout in Amstelveen geliquideerd. Botenhandelaar Robert ter Haak, gevestigd in de door de Amsterdamse vastgoedhandelaar Minne Endstra ontwikkelde Seaport Marina IJmuiden, raakte daarbij zwaargewond en overleed enige tijd later. Na de moord noemden informanten tegenover de Amsterdamse politie Endstra's kleinzoon, Willem Endstra, als mogelijk volgend dodelijk slachtoffer. Deze werd in 2004 inderdaad vermoord. Na zijn dood werd in maart 2006 bekend dat hij Willem Holleeder had aangewezen als de opdrachtgever voor de moord op Van Hout. Holleeder zou volgens Endstra ook plannen hebben gehad zijn eigen zuster - getrouwd met Van Hout - en haar kinderen te laten ombrengen, om te voorkomen dat zij wraak zouden nemen. Om eventuele verdenking af te leiden had Holleeder 250 duizend euro voor de met pracht en praal omgeven begrafenis van Van Hout betaald. Vervolgens pikte hij via zijn zuster een serie winstgevende prostitutiepanden van Van Hout in Alkmaar in.