Chinese talen
De Chinese talen (中文, pinyin: Zhongwen) zijn een verzamelnaam voor een groep talen die de sinitische tak van de Sino-Tibetaanse taalfamilie vormt. Meestal bedoelt men met Chinees het Mandarijn, de officiële taal van China, die gebaseerd is op het dialect van Peking. Het Mandarijn is de grootste van de Chinese talen. Deze talen worden gesproken door ongeveer 1.220.000.000 (één miljard tweehonderdtwintig miljoen) mensen in China en Taiwan en vele andere landen van het Verre Oosten, vooral Maleisië, Thailand, Indonesië en Singapore. Ook wordt de taal gesproken door vele overzeese Chinezen.
De Chinese talen bestaan al heel lang, er zijn al geschriften teruggevonden van meer dan 2500 jaar geleden en Chinese karakters op orakelbotten die nog ouder zijn.
Er zijn dertien Chinese talen die onderdeel zijn van de Chinese marcro taal: Mandarijn, Gan, Hakka, Huizhou, Jinyu, Minnan, Minbei, Min Dong, Min Zhong, Wu, Xiang en Yue (Kantonees). Deze talen kunnen worden geschreven met behulp van Chinese karakters, Hanzi. Daarnaast zijn er talen zoals het Yi die ook in China gesproken worden.
Inhoud |
[bewerk] Karakters
Er zijn ongeveer 12.000 moderne Chinese karakters (Hanzi). In het verleden zijn er veel meer geweest. Het Kangxi-woordenboek, geschreven tijdens de Qing-dynastie beslaat 47.035 karakters. Het recente Hanyu Cidian beslaat zo'n 56.000 karakters, maar hier zijn ook karakters bij die inmiddels in onbruik zijn geraakt.
Veel karakters kunnen op zich meerdere betekenissen hebben, maar meestal bestaat een woord uit twee of meer karakters, of kan uit de context worden opgemaakt welke betekenis er bedoeld wordt.
De gemiddelde Chinees kent ongeveer 4000 karakters, 6000 karakters wordt gezien als het minimum om je aan te kunnen melden voor een universitaire opleiding, hoog opgeleide Chinezen kennen er ongeveer 7000 tot 10000. De complexe werking van dit schrift zorgt ervoor dat veel mensen in China en daar waar de Chinese talen worden gesproken niet of onvoldoende kunnen lezen of schrijven. Volgens de CIA-The World Factbook kan 14% van de Chinezen niet lezen of schrijven.
Vanwege de hoge moeilijkheidsgraad van het Chinese schrift heeft de communistische bewind in zijn beginjaren het willen afschaffen en in zijn geheel vervangen door Hanyu pinyin. Dat bracht echter het probleem met zich mee dat iedereen goed Mandarijn moest kunnen lezen en verstaan. Ook zou geschreven Chinees, door de vele homofonen die de taal kent, zeer moeilijk leesbaar worden. Uiteindelijk is daarom van het plan afgezien. Wel zijn in de jaren '50 de vereenvoudigde karakters ingevoerd, die het schrift makkelijker moesten maken. Over de vraag of door deze simplificatie het Chinees inderdaad makkelijker is geworden zijn de meningen sterk verdeeld.
Een in het Chinese schrift gestelde tekst is voor elke geletterde Chinees te begrijpen, al kunnen twee gesproken versies van dezelfde tekst onderling volkomen onverstaanbaar zijn. Als het Latijnse alfabet daadwerkelijk was ingevoerd had elke taal zijn eigen schrijfwijze gekregen en zouden ook geschreven teksten onderling niet begrijpelijk zijn.
[bewerk] Tonen
De Chinese talen zijn zogenaamde tonale talen, waarbij de verandering van toon van een woord de betekenis van dat woord geheel kan veranderen. Deze tonen worden in het pīnyīn aangegeven met een diacritisch teken op de klinkers; de 5e toon echter krijgt geen diacritisch teken.
- ā, ē, ī, ō, ū de macron geeft de 1e toon aan.
- á, é, í, ó, ú het accent aigu geeft de 2e toon aan.
- ǎ, ě, ǐ, ǒ, ǔ de háček of caron geeft de 3e toon aan.
- à, è, ì, ò, ù het accent grave geeft de 4e toon aan.
De tonen worden ook vaak aangegeven met cijfers, daar het typen van een diacritisch teken soms nogal tijdrovend is. Het cijfer komt dan overeen met de toon.
Er worden binnen het Mandarijn vijf tonen onderscheiden:
- De eerste is een lange, hoge toon. Te herkennen, in het pinyin, aan de macron (ā, ē, ī, ō, ū) of aan het cijfer 1.
- De tweede toon begint op normale toonhoogte en stijgt tot de hoogte van de eerste toon. Te herkennen, in het pinyin, aan het accent aigu (á, é, í, ó, ú) of aan het cijfer 2.
- De derde toon is een lage toon die eerst daalt waarna hij stijgt tot de beginhoogte van de tweede toon. Te herkennen, in het pinyin, aan de háček of caron (ǎ, ě, ǐ, ǒ, ǔ) of aan het cijfer 3.
- De vierde toon is een korte, scherp dalende toon, die start op het niveau van de eerste toon en eindigt ergens ronde het diepste punt van de tweede toon. Te herkennen, in het pinyin, aan het accent grave (à, è, ì, ò, ù) of aan het cijfer 3.
- De vijfde toon is een neutrale toon zonder specifiek patroon. De toonhoogte wordt beïnvloed door de tonen van de voorgaande en de volgende toon. Sprekers van het Mandarijn verwijzen naar deze toon als de nultoon. Deze wordt in het pinyin niet met een diacritish teken of cijfer aangeduid.
NB: Sommigen tellen deze vijfde toon niet mee en zeggen dat het Mandarijn slechts vier tonen telt.
Deze tonen kunnen ertoe leiden dat één lettergreep (in dit voorbeeld "ma") vijf verschillende betekenissen kan hebben al naargelang de toon waarop het uitgesproken wordt. Hieruit mag men niet afleiden dat één toon ook maar één betekenis kan hebben, wel integendeel. Zo heeft ma3 (zie hieronder) naast de betekenis "paard" nog minstens 7 andere courante betekenissen. Vanzelfsprekend krijg je voor elke betekenis wel een ander karakter. Zo betekent bijvoorbeeld ma1 niet alleen "moeder", maar ook "vegen", "schemering", "aanspreektitel voor een oudere dame" enz. Chinezen maken uit de toonhoogte EN uit de context op over welke "ma" het hier precies gaat.
- ma1 betekent moeder
- ma2 betekent hennep
- ma3 betekent paard
- ma4 betekent uitschelden
- ma5 aan het einde van een zin functioneert als een vraagpartikel.
De verschillen in toonhoogte laten de spreker toe de (niet geheel grammaticaal correcte) zin "ma1ma ma4 ma3 de5 ma2 ma5?" oftewel "Is moeder de hennep van het paard aan het uitschelden?" te bouwen. (Māma mà mǎ de má ma? 妈妈骂马的麻吗?)
Mandarijn is met zijn vier tonen een van de eenvoudigere Chinese talen, sommige dialekten, zoals Yue (Kantonees) en Minnanyu, kennen 6 of nog meer tonen.
[bewerk] Schrijfwijzen en transliteratie
[bewerk] Schrijfwijzen
Binnen de Chinese talen zijn er inmiddels verschillende manieren om de taal te schrijven: met traditionele karakters (fantizi), met soms vrij complexe karakters, met vereenvoudigde karakters (jiantizi), waarbij veel complexe karakters gesimplificeerd zijn, en in een romanisatie of transliteratie, dat wil zeggen met het Latijnse alfabet.
[bewerk] Transliteratie
Er zijn verschillende manieren om Chinees te translitereren. Voor Mandarijn werd vroeger vooral het Wade-Gilessysteem gebruikt, tegenwoordig gebruikt men op het vasteland van China Hanyu pinyin (ook wel kortweg pinyin genoemd), een systeem dat in 1958 is geïntroduceerd. Op Taiwan gebruikt men een mix van allerlei systemen, wat het lezen van bijvoorbeeld straatnaambordjes ernstig kan bemoeilijken. Voor andere dialecten dan het Mandarijn zijn er weer andere romanisatiesystemen.
[bewerk] Voorbeelden
Enkele voorbeelden van het Chinees (mandarijn):
我爱你 (wǒ3 aì4 nǐ3) = Ik houd van jou ( uitspraak (info·uitleg))
我喜欢你 (wǒ3 xǐ3 huan5 nǐ3) = Ik vind jou aardig ( uitspraak (info·uitleg))
De oplettende lezer heeft al opgemerkt, dat 'wo' staat voor 'ik' of 'mij' (Chinees kent geen verbuigingen of vervoegingen). En dat 'ni' staat voor 'jou' of 'jij'. Het woord; 'ai' staat voor 'liefde' of 'houden van', 'xihuan' staat voor 'aardig vinden, leuk vinden'.
[bewerk] Grammatica
De grammatica van de Chinese talen is bijzonder eenvoudig en eigenlijk ook vrij logisch. Alleen het schriftsysteem en de korte klanken die voor elk karakter staan kunnen enigszins verwarrend werken op hen die één der Chinese talen wil leren als een tweede taal.
Enige voorbeelden van de grammatica:
- werkwoorden worden niet vervoegd
- andere woorden worden ook niet verbogen, maar een hulpwoord geeft een betekenisverandering aan.