Antiochus I Soter
324 - 261 v. Chr. | ||||||
---|---|---|---|---|---|---|
Koning van het Seleucidenrijk | ||||||
|
||||||
|
Antiochus I (324 - 261 v. Chr.), bijgenaamd Sotèr (d.i. "redder" of "verlosser", Grieks Αντίοχος Σωτήρ), was koning van het hellenistische Seleucidenrijk (Syrië) van 280 tot aan zijn dood.
Hij was de zoon van Seleucus I Nicator, en stond aan het hoofd van diens ruiterij in de Slag van Ipsus in 301 v. Chr. Toen uitlekte dat Antiochus smoorverliefd was op Stratonice, de jeugdige echtgenote van zijn vader, stond deze haar probleemloos aan hem af. In 280 beklom hij de troon, en besloot af te zien van zijn vaders veroveringsplannen met het oog op het Westen. Hij sloot een vredesverdrag met Antigonus II Gonatas van Macedonië en huwelijkte aan deze zijn zuster uit. Met dit huwelijk legde hij de grondslag voor een eeuw van vriendschap met Macedonië.
Zijn bijnaam dankte hij aan zijn overwinning in de Slag der Olifanten in 276, tegen de Galaten die zijn rijk waren binnengevallen. In Klein-Azië werkte Pergamon zich van zijn rijk los onder Eumenes I, tegen wie hij in 262 een nederlaag leed.
Antiochus I geldt als de voornaamste stichter van Griekse steden in het Oosten na Alexander de Grote.